Geert Dales. Foto: PR
Geert Dales. Foto: PR

‘Ik ga mijn uitvaart repeteren’

Maatschappij

ACHTERHOEK - In Veur de Draod beantwoorden Bekende Achterhoekers helse stellingen. Wie antwoordt legt zijn ziel bloot. Vandaag Geert Dales (70) uit Doetinchem, voormalig wethouder Amsterdam en burgemeester van Leeuwarden.

Door André Valkeman

1) Mijn mentale bui is:
“Ik was als altijd vroeg op. Half zeven. Dan zet ik koffie en neem ik op de iPad het wereldnieuws door. En, ik geef onze cavia’s eten. Je belt in de ochtend, dus dat is net allemaal gebeurd. Ik speel ook twee tot drie uur piano per dag. Eerder was dat klassiek, maar daar stopte ik mee. Ik was daarvoor gewoon niet goed genoeg en liet mij omscholen naar jazz.’’

2) Ik lijk het meest op ‘mien va/mo’:
“Het meest heb ik van vader. In uiterlijk bijvoorbeeld. Neus, mond en kale kop. Als ik foto’s van hem zie, zie ik ook veel van mijzelf. Mijn partner vindt mij zorgzaam, dat heb ik van mijn moeder.’’

3) Dit is mijn grootste angst:
“Dat mijn echtgenoot ineens dood gaat. Daar moet ik niet te lang aan denken, dan is mijn dag verpest. Hij is veel jonger dan ik. We schelen precies 15 jaar, we zijn op dezelfde dag jarig. De kans dat ik eerder overlijd is veel groter. Maar je weet het maar nooit: zijn vader en andere familieleden overleden bijvoorbeeld jong, helaas…’’

4) Dit is mijn stekkie in Doetinchem:
“Eens in de zoveel tijd bezoek ik Ruimzicht. Het karakteristieke hotel met fontein en prachtig groen voor de ingang. Een geweldige plaats.’’

5) Na de dood is er:
“We hebben nooit iemand gesproken die teruggekomen is. Geen flauw idee dus. Het is volkomen zinloos om daar te lang over na te denken. Maar goed, nu het mij zo gevraagd wordt: ik denk dat je wegglijdt en dat was het dan.

Ik was ooit bijna dood. Ik had een enorm auto-ongeluk. In de jaren negentig. Zeven maanden moest ik herstellen. Midden in het centrum van Amsterdam reed een taxi mij aan, mijn auto was volledig total loss en even 150 meter opzij geschoven, zo hard ging het.

De neurochirurg besloot niet te opereren, maar hoopte dat alles via de natuurlijke weg zou genezen. Dat is zo’n goede beslissing geweest. Anders hadden ze rond de hersenen moeten opereren en de kans bestaat dat je iets raakt, waardoor je spraakfuncties uitschakelen of je invalide wordt. Het duurde lang maar ik herstelde volledig.

De taxichauffeur zag ik nooit meer. Hij is wel veroordeeld, voor te hard rijden dacht ik.’’

6) Toen was ik het gelukkigst:
“Klinkt klef, maar ik ben nu iedere dag wel gelukkig. Al jaren. Vroeger had ik gedonder, kritiek en gezeur. Als politicus. Die somberte is weg. Het is een mooi vak, maar je krijgt veel over je heen. Zoals bij het metroproject Noord/Zuidlijn, waar ik verantwoordelijk voor was. Daar ben ik vijftien jaar lang voor uitgescholden, het was te duur. In Amsterdam is de stemming omgeslagen. De metro rijdt, is succesvol en wordt gewaardeerd.’’

7) Ik kan buiten de Achterhoek wonen:
“Ja, ik leef al jaren in Amsterdam. Ik kom nog weleens in Ruurlo. Hoe lang ik ook weg ben, ik voel altijd: hier kom ik vandaan. Dat mooie glooiende landschap.’’

8) Ik zou nu weer de politiek in willen:
“Nee. Ik schrijf boeken, het is klaar nu. Ik heb geen zin meer mij te onderwerpen aan een regime. Ik ben gelieerd aan een partij. Niet de VVD, daar ben ik heel lang weg. Vervolgens zat ik bij 50Plus. Ongelofelijk jammer dat dat allemaal verprutst is door die vreselijke Jan Nagel. Henk Krol en ik hadden het goed voor elkaar. Als dat niet verprutst was door Nagel en zijn trawanten dan had 50Plus tien zetels in de kamer gehad.

Ik ben toegetreden tot een andere partij, ik ga niet zeggen welke partij. Ik heb geen publieke rol en beschouw dat als privé. Maar het is niet Baudet, niet SGP of GroenLinks.’’

9) Mensen met een accent zijn:
“Zij doen niet hun best iets anders uit te stralen dan wie ze zijn. Of ik een accent heb? Dat moet jij maar beoordelen. Hoog Haarlems? Licht geaffecteerd? Echt waar? Nou, vooruit, het zal.’’

10) Dit komt er op mijn grafsteen:
“Er komt geen steen. Resomeren, dat lijkt mij wel wat. In een vloeistof oplossen. Milieuvriendelijk. Er komt geen tekst.

Ik vind een begrafenis soms jammer. Waarom spreek je niet tot iemand als hij nog leeft. Ik heb daarom mijn vrienden uitgenodigd op 22 oktober. Daar vieren we ons contact en het leven. Ik bedank mensen dan voor de vriendschap. De generale repetitie van mijn uitvaart, kun je zeggen.’’

Advertenties doorgeplaatst vanuit de krant