Work hard, play hard. Dat motto past wel bij Oscar van Leeuwen. Eigen foto
Work hard, play hard. Dat motto past wel bij Oscar van Leeuwen. Eigen foto

‘Ik kijk meer naar de voorgaande generaties dan naar de volgende’

Maatschappij

BRAAMT - De generatiekloof: je kunt er niet omheen. Over elke generatie bestaan de nodige vooroordelen. Babyboomers profiteren van de jongere generaties, hebben het milieu verpest en zijn hopeloos ouderwets. De jeugd van tegenwoordig kent geen normen en waarden en hangt hele dagen met de telefoon op de bank. Hoe zit dat nou echt? Hoe denken generaties over elkaar en over zichzelf. In een vijfdelige serie laten we alle generaties aan het woord komen.

Door Karin van der Velden

De patatgeneratie werd geboren tussen 1971 en 1985. Ze kregen een relatief vrije opvoeding en profiteerden van hoge welvaart. Deze generatie is hoger opgeleid dan vorige generaties en kreeg veel kansen. Zelfontplooiing, groei en resultaat zijn kernwoorden. De kracht van deze generatie is hun snelheid, no-nonsense houding, daadkracht, praktische instelling, zelfredzaamheid en zelfstandigheid. De valkuilen zijn het opportunistische en korte termijn denken, de materialistische inslag, oppervlakkigheid en de ‘dikke IK’. Work hard, play hard is het motto.
Bron: Youngworks.nl

Kindertijd
Oscar van Leeuwen werd geboren in Brazilië. Zijn ouders, in Nederland geboren, wilden in Holambra 2 een toekomst opbouwen. Toen Oscar vier jaar was, kreeg z’n vader een baan als leraar aan de MAS, de Middelbare Agrarische School in Doetinchem. Braamt werd als woonplaats gekozen. En wat een goede keus. Oscar ging en gaat er nooit meer weg. “Ik groeide op in een stabiel gezin, waar ik wel de rebel was. Hoewel ik goed kon leren, had ik daar nooit zin in. Mijn vader en moeder waren allebei leraar, mijn moeder stopte met werken toen de kinderen geboren werden. Ik heb twee zussen, waarvan er een op 7-jarige leeftijd overleed, en een broer. Mijn ouders overleden allebei toen ik nog jong was. Mijn broer en zus hebben ook nog steeds binding met Braamt.

“Mijn ouders stimuleerden me om te doen en laten wat ik wilde, maar ook om verantwoordelijkheid te nemen. Het uitgangspunt was: als je denkt dat je het beter kunt, dan doe het zelf maar.
“Mijn schooltijd op de Boomgaard was plezierig. Tot op de dag van vandaag ga ik om met vrienden die ik al sinds de basisschool ken. Heel veel ervan wonen nog gewoon in het dorp. Ik ging daarna in Doetinchem naar het VWO, maar dat heb ik niet afgemaakt. Later heb ik via volwassenenonderwijs certificaten behaald en commerciële economie gestudeerd en ook niet afgemaakt, ik heb wel mijn propedeuse gehaald. In mijn vrije tijd voetbalde ik, door een blessure kan dat niet meer. Ik ben nog wel steeds lid, inmiddels al 41 jaar. Eerst van St. Joris, na de fusie met Zeddam van VV Montferland.”

Tienertijd
In zijn tienertijd droeg Oscar graag spijkerbroeken met een trui. “Ik was niet heel uitgesproken, maar droeg wel graag nette schoenen en dat doe ik nog steeds. We gingen op zondagavond stappen in de Olde Beth, maar niet elke week. En dan waren er natuurlijk de dorpsfeesten. We organiseerden toen een tentfeest in Braamt. Ik hield en hou van de muziek van de 80-er jaren en vind heel veel muziek leuk. Wel heb ik een all time favourite en dat is Neil Diamond. Vooral het lied ‘I am I said’. De tekst vertelt een heel verhaal.
Oscar is intens betrokken bij Braamt. Hij heeft er gevoetbald, met al het vrijwilligerswerk dat erbij hoort. Schuttersfeest en kermis, carnaval, het wordt allemaal gevierd en Oscar heeft zijn aandeel in de organisatie. Hij is lid van het Sint Joris Gilde, een broederschap dat al meer dan 300 jaar bestaat. ‘t Gild zet zich in om de leefbaarheid en cultuur van Braamt te behouden. Oscar is mede-oprichter van de dorpsraad. “Mijn vrouw Jessica zit nu in het bestuur. Dat vind ik heel leuk.”

Carrière
“Ik zou stage gaan lopen voor opleiding in Amerika, maar kreeg geen visum. Als geboren Braziliaan heb ik automatisch een dubbele nationaliteit. In het bedrijf in wenskaarten dat ik toen opzette, zat geen toekomst. Een vriend vroeg of ik in zijn telecomwinkel wilde werken. Eerst in het weekend, maar het werd al snel meer. Een fantastische tijd, we hadden allebei de drive om het steeds beter te doen. Die dynamiek merkten de klanten ook. Toen ik er niet meer kon groeien, solliciteerde ik bij Retail Synergy in Apeldoorn. Ik had een enorme klik met de directeur en mocht de telecomdivisie uitbreiden. Dat lukte. We groeiden van 35 naar 360 partners. Daarna werd ik wethouder. Ik was twaalf jaar voor het CDA actief in de lokale politiek. Eerst vier jaar als raadslid, toen vier jaar als fractievoorzitter en uiteindelijk vier jaar wethouder. Met Jessica heb ik nu een bedrijf dat digitale groepsspellen ontwikkelt. Een aantal grote vakantieparken in Nederland zijn klant en we staan nu op het punt om internationaal uit te breiden. Jessica organiseert bovendien evenementen en ik vind het leuk om daarbij te helpen.”

Vrije tijd
“Als ik tijd heb, ga ik graag golfen. Dat deden we wel drie keer in de week. Nu heb ik daar helaas weinig tijd voor. We zijn druk met het bedrijf, maar zijn ook bezig met een grote verbouwing. Het meeste doe ik zelf. Ik heb het dak vervangen en een betonnen trap gemaakt. Ik vind het leuk en ben trots op het resultaat.”

Andere generaties
“Ik kijk meer naar de voorgaande generaties dan naar de volgende. Zij hebben een hele revolutie meegemaakt, van werken zonder computer en mobiele telefoon naar het digitale tijdperk van nu. Daar heb ik respect voor.
“Net als vorige generaties, ben ik wat honkvaster. Dat mis ik bij de volgende generaties. Zij hoppen veel meer. In mijn werk heb ik weinig met generatieverschillen te maken gehad. Ik heb nooit geloofd in hiërarchie. Je moet het samen doen. Daarbij maakt het ook niet uit of je man of vrouw bent, al geloof ik niet in quota. Geen voorkeursbehandeling, de beste voor de baan moet het werk doen.

“In het verenigingsleven is het verschil voor mij duidelijker. De generaties voor mij waren langdurig actief. Iemand was bijvoorbeeld veertig jaar voorzitter. Onze generatie zet zich een paar jaar in. De generaties na mij zijn vrijblijvender. Doen meer projectmatig. Zij zijn niet meer op elke vergadering, je moet ze veel doelgerichter laten werken. Het nadeel is dat het lijkt alsof ze minder verantwoordelijkheid willen nemen.

“Onze generatie mocht nog een gat in de knie vallen. Niet zeuren, luisteren naar de leraar. Al was het niet meer zo dat we een pak slaag kregen als we dat niet deden. Nu wordt af en toe de hele wereld volgelegd met rubber tegels. Daar maak ik me weleens zorgen over. En ik erger me aan het gebrek aan respect. Respect voor hulpverleners, vrijwilligers, eigenlijk iedereen. Is het de veranderde tijdsgeest of iets van generaties? Jongere generaties hebben minder respect voor autoriteit. Dat is denk ik verdwenen met het u-zeggen.”

Oscar droeg het liefst een spijkerbroek met een trui. Eigen foto

Advertenties doorgeplaatst vanuit de krant